Bieze-Pèrdjes
Uit Oetelpedia
- Titel: Bieze-Pèrdjes
- Tekst:
- Muziek: F. Chaudoin (ontleend van Mam'zelle Colignon)
- Jaar: 1923
Bieze-Pèrdjes
Couplet: Door de Oeteldonksche dreven Rijden merrie, hengst en ruin Langs de straten en de pleinen Wit en zwart, gevlèkt en bruin. Kloek bereden door de schutters Uit ‘t museum van Van Well, ‘t Is een Iollig ruitergroepke, Gift de ruimte aan dat stel.
Refrein: Heel Oeteldonk gaat op zij Veur ons, biezen-ruiterij, We komen van wijd en zijd Wij schutters van de Meierij.
Couplet: Wie ons beziet, bemerkt al ras, Dat we eed’le rossen zijn van ras, Wij rijden dravend in galop Markt en parade op, De Putstraat deur, ‘t Kanaal veurbij, Zóó draaft de biezen-ruiterij, Zóó rijden ruin en hengst en merrie Deur al de herrie.
Refrein:
Couplet: Op de brug een imitatie Van het biezen-schutter-paard, Mar wij Oeteldonksche pèrdjes Hebben wel een eigen staart! Toen hier op de Mookerheide ‘Lekkerbietje’ word geknokt, Is deur onze biezen-pèrdjes De victorie toen gefokt.
Refrein:
Couplet: Angustora, Catz-elixer, Pommermans en ouwen Bols Drinken onze bièzen-pérdjes, Want van haver zijn ze krols. Uit één stuk zijn wij geboren Én de ruiter én het pèrd, Alle meskes worden sikker, Want wij zijn de moeite wèrd.
Refrein: